1. afzeggen
een afspraak afzeggen
Het spijt mij dat ik de afspraak op het laatste moment moet afzeggen.
Niderlandzkie słowo "Anuluj" (afzeggen) występuje w zestawach:
het is een jongen2. annuleren
Niderlandzkie słowo "Anuluj" (annuleren) występuje w zestawach:
100 najpopularniejszych czasowników Holenderskich3. opheffen
Ge kunt de piano niet opheffen.